Navigatie
Verhalenhoek
Gedichtenhoek
Lees alles
Prijsvraag bij Thrillers and More
Een prijsvraag bij de website "Thrillers and more", waar je twee boeken van Toevluchtsoord kunt winnen. Kijk snel naar het interview om het antwoord te vinden. De prijsvraag loopt tot 30 november 2017.
Track to track analyse van “Musik an augen zu welt aus“ van Seance
Dit is de tweede studio album van de formatie Seance. Een band die qua geluid tegen Neil Young aanschurkt, maar tegelijkertijd een eigen sound weet te creëren. Zodanig zelfs dat het me op sommige momenten meer aan Fugazi, Alkaline Trio, At the Drive In of Bad Religion deed denken. Wat zowel een interessante als een explosieve combinatie teweeg brengt. Deze band, die uit Haarlem komt, maakt in de eerste instantie niet de meest toegankelijke muziek. Maar als je het paar keer beluisterd, besef je dat deze band het niet schuwt om te experimenteren of grenzen te overschrijden en dat ze door invloeden als Neil Young, Fugazi en andere punk bands een rock en roll/ punk sound hebben samengesteld die zowel uniek als meer dan de moeite waard is om hun ontwikkeling te volgen.
Het is tevens een band met een verleden. Zo komt de titel van het album van de drummer die na hun eerste album door een tragisch ongeluk is overleden. Zijn uitspraak was bij ieder nummer: “Muziek aan, ogen dicht en wereld uit” wat de album tevens goed weergeeft. Dit is een album om je ogen te sluiten en meegenomen te worden. In deze universum bestaat de buitenwereld maar slechts uit de linkse en rechtse hoeken en uppercuts die de muziek je brengen. De huidige bezetting bestaat uit: Ronnie (zang+gitaar), Marnix (lead gitaar), Ron (drums) en Joost (bass).
Track to track analyse:
Zoals ik eerder schreef, verwacht een achtbaan die zowel tekstueel als muzikaal je van links en rechts tegemoet komt. Het album bevat vanaf het begin een energie die het weet vast te houden tot aan het einde. (Een reden waarom het me ook aan Fugazi deed denken.) De muziek is ruig. Schurend. Soms onzuiver, maar opzettelijk, waar de punk invloeden duidelijk hoorbaar zijn. Het is een album om op je koptelefoon te plaatsen en zowel door de muziek, gitaren, time changes (waar er behoorlijk wat van zijn) en teksten meegenomen te worden.
Laten we beginnen met het eerste nummer:
Chrysalism
Dit is zonder meer één van mijn favoriete nummers op de plaat. Het begint langzaam met een gitaar en een bas, als stilte voor de storm, voordat het zich rond 0,25 seconden het opbouwt. De teksten zijn sterk:
From what I’ve heard
The past is black and the future blue
Both from burning
Both from burning
Both from burning
But you’ve got me worrying
Dan komt de refrein die de volgende onheilspellende regels blijft herhalen:
From here to there
From here to there
From here to there
De volgende regels geven me kippenvel:
For what it’s worth
Erase the past or evade the new
It’s both learning
It’s both learning
It’s both learning
But you’ve got me worrying
En na de tweede refrein breekt de hel los. Begint de gitaar te scheuren (rond 2.30) en neemt de vaart toe, om na de derde couplet terug te vallen op een kleine drumsolo. Maar dan komt het knapste van dit nummer rond 4.15 neemt de gitaar het over, waardoor een melodie ontstaat die het nummer naar een onverwacht einde brengt.
New Dawn
Dit is zo een nummer die me aan Fugazi en Bad Religion deed denken. Het is een punker. De teksten zijn rebelachtig en de instrumenten komen allemaal samen om de teksten te versterken. Ik wil niet alle teksten beschrijven. Dit is een album die je zelf dient te ontdekken. Maar dat dit album kritisch is en politiek geladen, komt uit de volgende teksten naar voren:
I can not stay, I can not stay, this I know for sure.
Count the planets. Count the stars. Count in the war.
Come big ideas
Cast away all fears
Come on. Bring on a new dawn.
the Hedonist
Dit nummer begint met een gitaar en neemt wat gas terug, tot aan 0,15 minuten waarin alle instrumenten samenkomen en vooral de gitaar een hoofdrol speelt. Ik kon me niet ontrekken aan het feit dat het nummer aan het begin wat Egyptische invloeden had, maar al snel veranderd in een punker. Ook hier is de samenstelling van tekst en muziek die het nummer kracht geeft.
Shallow. hallowed crawlspace
Overblown surface
Accidental desires
C’est la fuckin vie
This hedonistic love affair
With my hands up in the air
Rond 2.00 breekt het nummer los en rond 2.40 is er in het nummer een time change dat het nummer in een andere melodie stuwt, maar die uiteindelijk weer terugkomt bij de melodie die door het hele nummer aanwezig is. Het is niet makkelijk uit te leggen, maar het is behoorlijk knap gedaan. Dit zijn geen gemakkelijke nummers. Maar nummers die veranderen, terugkomen, als eb en vloed, en die nooit stilstaan. Het zijn geen monotonige melodieën, maar melodieën die loslaten, als water en olie, maar ook weer samenkomen. Het is muziek zoals je deze het liefst zou willen hebben.
One to Ten
Ook een nummer dat me aan Bad Religion deed denken. Voornamelijk in de teksten, Het begint met een gitaarriff gevolgd door een drum. Hoewel het punkachtige kanten heeft, deed het me eerder aan rock ‘r roll denken. De teksten zijn supersterk:
Sitting home and sitting still
In my ear I hear overkill
Can’t find my tunes lately
Can’t tune out of mediocrity
Of:
Fuck bad radio
I can’t hear it no more
Seems like I’m alone
Fuck bad radio
Een nummer tegen de huidige muziekindustrie en de smakeloze en steriele muziek die ze op de markt brengen. Het tegenovergestelde van wat Seance componeert. Een band die het aandurft om gitaren te laten scheuren, soms een valse noot te laten zingen en dingen niet te polijsten. Daarin ligt ook de kracht van deze album. Het loslaten van de kunst zodat deze voor zichzelf spreekt. En dit is misschien ook wel de rode draad die past bij de titel. Het gaat inderdaad over muziek aan, ogen dicht en wereld uit. De drummer speelt in dit nummer overigens gigantisch strak met een een aantal uitmuntende fillers.
Our Life in Light Years
Net als het andere nummer implodeert, komt dit nummer die uiterst rustig begint met een drum, maar dan weer in gas toeneemt. Hier voelde ik op sommige momenten bijna een funkachtige sfeer; vooral op de manier waarop de gitaar werd gespeeld. Ook hier zijn plotselinge time-changes en plotselinge stille momenten waarin alles wegvalt, nadat de muziek weer explodeert. Let vooral op de geweldige gitaarsolo rond de twee minuten. Deze is zowel opbouwend als scheurend tegelijk. Sterke riffs met daarbij sterke teksten:
Come on hit the gas
My travels should be fast
it’s just that I wanna get far.
Time to leave now.
I’ll reach whatever destiny somehow.
Stardust is what we are.
From dust to energy.
I, superstar.
Met aan het einde zelfreflectie:
Humbling.
Humbling
Humbling.
Humbling.
Wow.
Remains
Een nummer dat me in de eerste instantie aan “Spin the Black Circle” van Pearl Jam deed denken. Met name omdat de muziek op een doorgedraaide carousel lijkt, met als enige rustpunt het refrein. Daarnaast blijft het draaien, draaien en draaien. Wat past bij de teksten. Het is alsof de waanzin voelbaar is en er kritisch naar religie wordt gekeken. Ook hier is de gitaarsolo een geweldige (en bijna geweldadige) onderbreking die te tezamen met de timechange rond 3.30 het nummer sterk maakt. Een krankzinnige carousel die maar door blijft stomen:
Tears were spend when you got locked away
Did you see colours or only grey?
Years gone by while mother looked away.
Surrounded with walls. You had to stay
Leave the fire behind,
Your brother still prays
Tears were spend when you were on that bed.
Did you worry of things left unsaid?
Dears were there when the bible was read
Surrounded with love. You may go ahead
Leave the fire behind, it’s in her eyes
Your brother still prays, every day
Leave the fire behind, it’s in her eyes
Your brother remains,
Leave the fire behind, nothing dies
Your brother still prays, every day
Leave the fire behind, nothing dies
Your brother remains, true to your way
(Remains)
(Remains)
Do What I Feel Like
Vanaf dit moment worden de nummers iets rustiger. Een akoestische onderbreking waar het gas even wordt teruggenomen. Maar waar de tekst het nummer een snijdende kant geeft:
I’ve had twenty six years to think about why I was here to stay
I’ve been over it and over and I still don’t know up till today
So I just decided to live and let live and I suggest you do the same
Cause I’ve had enough of you and the stupid things you say
I will do what I feel like and I’ll ever ask if I may.
Een goede onderbreking die het volgende nummer sterker maakt.
Man
We horen synthesizers, een akoestisch gitaar en een rustige opbouw. Rond 0,50 minuten begint de bas een dominante rol te spelen en neemt het nummer ook in kracht toe. En rond 1.45 gaat het nummer plotseling een andere kant op, gevolgd door een dreunende gitaar die het nummer op een andere ritme meeneemt. Ook hier valt het me weer op, hoeveel veranderingen en melodieën deze band in korte nummers weet te creëren, waardoor het achtbaan gevoel nooit ophoudt.
Ook hier zijn de teksten weer ijzersterk:
Just beyond my reach.
Future mysteries.
Secrets of the sun.
And where you have gone.
Just beyond my reach.
Future come to me.
With every change of view.
I’ll be looking for you.
All of time...
Hier vind je the Hedonist op Spotify: link.
Resonater
Dit nummer begint met een samenhang van stemmen die me deed denken Aya Davinita van Pearl Jam, behalve dat hier een stem boven de andere stemmen uitzweeft en rond 0,50 minuten er weer een verandering plaats vindt in de melodieën die met elkaar verweven zijn. De vrouwelijke achtergrond stemmen maken het nummer nog sterker. De teksten geven een beeld weer van eenzaamheid en een verloren liefde:
Sometimes I hear you like a song from the other room
But everybody’s speaking up and I don’t think we’ll meet up soon
Time and distance start to weigh.
Pick my guitar until something resonates
Light a fire
Light a fire
Light a fire
for you.
Pilgrim
Na de implosie van het vorige nummer, wordt deze opgevolgd door een nummer met een standvastige beat die het nummer naar een climax brengt. De violen in het begin geven het een extra volume. Ook hier zien we weer dat eenzaamheid een belangrijke thema vormt dat de stem bijna onderdrukt. Vooral rond 2.55 waar de gitaar losgaat. Aan het einde wordt het nummer uiterst melodieus, misschien wel het meest melodieuze moment van de plaat:
Fear of losing you
In my dreams
Tonight
And slow ….
I will go on!
Ambulance For A Loved One
Een nummer dat funky-achtig begint en tegelijkertijd wordt meegenomen door symfonische geluiden. Ook hier speelt de eenzaamheid weer een rol in de teksten. Mijn favoriete moment is rond 2.30 waar de zanger en de gitarist tegelijkertijd losgaan. Wat het nummer een extra knal geeft. Het nummer gaat over een protagonist die iemand verliest en wiens hand hij nog vasthoudt in de ambulance. Een donker einde. Misschien ook wel de reden waarom het album eindigt met een nugget:
I remember seeing you for the last time
Your hand in mine
said see you on the other side
Wear your sweater, keeps the cold on the outside
when I look up at night
shooting stars, I believe, should be no reason for crying
When you call
When you call
An ambulance for a loved one
Ambulance for a loved one
Ambulance for a loved one
And then you were gone
Do What I Feel Like (acoustische versie)
Een acoustische versie van “Do What I Feel Like”. En nu het alleen een gitaar betreft en een stem wordt de politieke boodschap van dit nummer plotseling ook duidelijk. Een boodschap die vooral vandaag de dag belangrijk is:
I’m an electric gypsy all I want is to go and play
But for so long I’ve been caged up in a world where all is grey
And it’s people only see black or white, colors they seem to hate
them and me couldn’t be any less alike, we’re all matter but in a different state
Een sterk einde van een sterke album dat een aantal draaibeurten nodig heeft om alle deuren te laten openen. De verschillende melodieën, het ongepolijste geluid maakt de plaat niet altijd toegankelijk, maar als je de tijd neemt om te luisteren en tevens van Fugazi, Bad Religion, Neil Young houdt, is deze plaat meer dan de moeite waard. Het enige kritiek punt dat ik heb is de verdeling van de nummers. Sinds""Do What I Like” nemen alle nummers in gas terug, alsof de plaat uit twee delen bestaat. Een punk en rock deel en een rustigere deel (hoewel de gitaren ook hier schuren en scheuren). Meer variatie in de opbouw zou het misschien een sterke plaat nog sterker hebben gemaakt. Maar dat is slechts een detail. Dit is een plaat die nog zelden wordt gemaakt. Waar de artiesten de kunst durven los te laten en niet alles tot het oneindige perfectioneren; en juist hier ligt de kracht. In het niet steriele jumbo die we vandaag op de radio horen. De kracht ligt in het onzuivere. In het gebied waar in de composities nog gaten en brokken hebben, die je als luisteraar steeds doen verassen. Bij iedere draaibeurt hoor je iets anders. Een gat of een vulling die je nog niet eerder was opgevallen. In dat geval is de titel uiterst goed uitgekozen: “Muziek aan, ogen dicht en wereld uit”.
Link naar de band: Seance.
Spotlight: Chris Polanen
Beste Chris bedankt voor dit interview. Laat ik je maar meteen bestormen met vragen van schrijver tot schrijver:

a) bibliografie
Columns in In Praktijk, Parbode, de website De Waterkant.
2011 Eerste prijs De Ware Tijd Literair met het verhaal Carnaval.
2017 Debuutroman Waterjager.
b) biografie
geboren 05-09-1963 te Paramaribo.
1983-1991 Studie diergeneeskunde Te Utrecht.
1992-heden Dierenarts gezelschapsdieren in Amsterdam Zuidoost.
Voor verdere informatie over zijn boek zie de volgende link.
Voorgaande Spotlights:
Recensie van het album "Everest" gecomponeerd door Dandelion.
Een aantal jaar geleden heb ik het debuut van Dandelion (“The All Year Round”) gerecenseerd en een track-to-track analyse gedaan – zie hier. Het was een klein albumpje van 6 nummers, waarvan “Fox of Hayes” en “Mark the Flea” nog steeds mijn favoriete nummers zijn. Destijds lieten ze al zien waar hun wortels lagen. Namelijk bij Crosby, Stills, (Young) en Nash. Liederen met samenzang die je tegelijkertijd tot denken aanzetten. Want hoewel de band soms liefelijk klonk, waren de teksten dat geenszins. Een trend die ze bij hun album Everest hebben voortgezet.
Sindsdien heeft hun muzikale carrière een vlucht genomen. Ze hebben een programma gehad op de televisie en werden zelfs het alternatieve geluid van “Volendam” genoemd.
Dit is ook weer het geval op deze plaat. Hoewel de diversiteit groter is en de thematiek die ze aansnijden ook breder is - zo horen we een nummer over een man die zijn vrouw en kind verlaat, een nummer over een meisje die de liefde van een man wint en nog meer diverse thema’s - wat ze met elkaar gemeen hebben, en wat ook gedeeltelijk de titel verklaart, is dat in ieder nummer de protagonist iets overwint. Of dit nu een ongelukkige situatie is of de liefde van iemand anders. Iedereen beklimt hun persoonlijke Mount Everest en laat iets – een observatie, een gevoel, een persoon, een situatie – achter zich.
A Minute Full of Laughter
Dit begint al bij het eerste nummer en bij de eerste openingszin: “Let’s start the day with a newspaper ad that will say: If you buy this everything will fall into place.” Het nummer ontvouwt zich verder als iemand die zich afvraagt wat er met de wereld aan de hand is en dat een lach voor een minuut misschien de dagelijkse verschrikkingen kan doen verstillen. (“Oh my God is it true that a boy aged two was shot right in the head and was dead? A divine richochet was saved from whom?”)
Ook hier zien we weer dezelfde spanningsveld die we op “The All Year Round” hoorde. Namelijk een midtempo nummer, met zachte gitaren, een fluwelen stem en samenzang die tegelijkertijd iets verschrikkelijks zingen. Toch is het een sterke opener. Het geeft namelijk direct de sfeer van het album weer. En brengt ook de thematiek van het album naar voren. Het is niet voor niets dat “een berg” in de tekst ook een hoofdrol speelt: “Well I’m sure that a minute full of laughter will reflect from the mountains and call (…) and everything falls as it falls”. En vooral de laatste zin is van betekenis. Het is namelijk het loslaten van momenten, nadat de protagonist (in dit geval iemand die een krant leest) iets heeft overwonnen, dat van belang is.
Year of ‘51
Na de midtempo opener neemt de gas iets toe. (En horen we ook de gitaar bij het refrein een prominentere rol spelen.) Het nummer vertelt het verhaal van een dichter die iemand in zijn hart toelaat, maar zichzelf tegelijkertijd daarin verliest en zich afvraagt wat er in het jaar van 1951 in Hemelsnaam gebeurt is. Het nummer gaat zowel over het toelaten van liefde als het verliezen daarvan en de fade out van de gitaar, lijkt zowel de hart als de wanhoop van de dichter te weerspiegelen.
Aniuvak
Hier komen we bij een nummer dat onmiddellijk mijn aandacht trok. Niet alleen door de samenspel van de instrumenten of de scheurende gitaar in het midden, maar ook de poëtische teksten. Een lied over een man die besluit alles achter zich te laten en de kou en sneeuw boven het huiselijke (en misschien wel de norm) verkiest. Een prachtig nummer dat een geweldige onderbreking is tussen “Year of ‘51” en het volgende nummer die als ze achter elkaar waren geplaatst, teveel op elkaar zouden lijken. Nu springt Aniuvak eruit en grijpt je als luisteraar bij de strot.
Antwerp Blue
Ook dit nummer gaat over een verloren (en eenzijdige) liefde en hoe je jezelf hierin kunt verdrinken: “Their eyes were an Antwerp blue, a classical artifact, and they offered me salvation after starvation”. Het is de samenspel van eenzaamheid en liefde – net zoals in “Year of ‘51” – die de hoofdthema’s vormen. Hier staat echter niet een dichter centraal. Maar meer hoe liefde kan veranderen en hoe de protagonist in zijn eenzaamheid en stille liefde, de focus van zijn liefde een waarschuwing probeert mee te geven: “Don’t you keep your heart out to a stranger”. Oftewel: pas op aan wie je het geeft, terwijl hijzelf zijn hart al verloren heeft.
Bellowing Chimes
Muzikaal de langste nummer op de plaat, ongeveer 6 minuten en 2 seconden. Wat me onmiddellijk opviel aan het nummer – hoewel het ook een midtempo nummer is zoals “Antwerp Blue” – is de pakkende melodie. Hoewel het nummer hetzelfde ritme heeft als de twee nummers hiervoor (“Year of ‘51”, “Antwerp Blue”) heeft het een melodie die zowel opzwepend als pakkend is en een rock element in zich meedraagt. (Meer dan de voorgaande nummers.) Dit is een nummer waarin een band kan losgaan en kan jammen. (Wat ze aan het einde van het nummer ook doen en wat ze live – ik heb ze één keer mogen zien – nog meer doen.) Dat bij “Bellowing Chimes”, teveel herhaling op de loer ligt, is het voldoende anders dat het boven “Year of ‘51” en “Antwerp Blue” stijgt. Ook hier zien we weer het spanningsveld van een mooie stem en grauw realistische teksten. Het nummer roept het beeld op van verloedering, zelfs oorlog die de kerkklokken overstemt, behalve in het refrein daar wordt de protagonist verlamd door de schoonheid van een onbekend gezicht. Hoewel ik het uiteraard niet met zekerheid kan zeggen, deed dit nummer me bijna denken aan de vluchtelingen problematiek en de verschrikkingen die ze moeten doorstaan om in het Westen te komen. Verschrikkingen die alles overstijgt. Klokken doet zwijgen. En waarbij vrijheid, zo ontdekken ze, een leugen is: “Freedom of will? It’s a fraud.”
Call me a strranger
Een prachtige onderbreking van de voorgaande nummers. Het begint met een akoestisch gitaar en prachtige samenzang. Dit is in mijn optiek één van de hoogtepunten van de plaat. Het is een nummer dat je meesleept en meeneemt naar een plek brengt waar je wilt waar nummers je meebrengen; die stille plek in jezelf waar de muziek je tot contemplatie brengt. Ook de teksten zijn poëtisch en sterk: “No face to remember, just a voice to know her. She cried on the telephone and begged you to forget her.” Een lied over een gebroken hart, het afbreken van een relatie en alles wat dat met zich meebrengt.’
Proteus
Het volgende akoestische nummer, dat niet de fragiliteit heeft als “Call Me a Stranger” en de plaat de plaat weer op de mid-tempo koers laat varen, waar de hele plaat op de vaart. Wat knap is aan dit nummer is de opbouw en hoe de vaart rond 2.30 toeneemt, waarbij we weer geheel van de koers van “Call Me a Stranger” zijn weggevaard. Wat de diversiteit van de plaat doet toenemen en “Call Me a Stranger” een sterkere plaats laat innemen op het album. Ook hier is weet het spanningsveld tussen tussen muziek en tekst. De muziek klinkt liefelijk (in het begin), maar de tekst schetst een ander beeld: “Tonight I shoot your father down and as he lies bleeding on the ground… Tonight you’ll hear a most frightening sound because your father will hear the devil walking in who will take away his gold watch and his sins and that will be me”. Rond de vierde minuut begint de elektrische gitaar te komen, ook weer een prachtige opbouw (prachtig gespeeld overigens), waarbij dit nummer een gehele transformatie heeft doorgemaakt die de intrinsieke dynamiek van het album versterkt.
Fall and Cease
Derde hoogtepunt van de plaat. De opbouw is één van de beste en maakt het nummer mysterieus en werkt naar een climax. Wat het jammer maakt, is dat Dandelion heeft gekozen de intro van het nummer los te maken van het nummer zelf. Jammer, want door deze loskoppeling kan het voorkomen, mocht je de plaat via shuffeling willen horen, de hele opbouw mist. Terwijl de opbouw onlosmakend is verbonden met de kracht en melodie in het nummer. Dit is Dandelion op zijn best. De teksten maakt beelden in je los (“And I saw my mother dance a barefoot waltz in the kneehigh grass”. ) En de refrein heeft een ongeloofelijke sterke hook: “Sometimes when you’re up and I’m down and life’s escalating. Sometimes you’re always around. And you smiled when you told me that I was a great debater. You left me stuck with no doubt.” Het nummer zelf gaat over vader en kind relatie en de complexiteit van deze relaties. Hoe je leert door vallen en op te staan. Maar hoe je tevens als kind (en als vader) je probeert los te maken van elkaar, zonder te weten welke richting dit op gaat. Ook hier is een berg te beklimmen. De berg van volwassen worden. Op de plaat klinkt de zanger overigens nog ingetogen. “Live” hoor je de pijn en verscheuring in zijn stem. Iets wat ook in de plaat had kunnen komen en wat het nummer, dat al ongelofelijk sterk is, nog net sterker had kunnen maken.
En dit brengt me misschien tot de grootste kritiek van de plaat. Het leunt nog teveel op Crosby, Stills, (Young) and Nash, terwijl Dandelion sterk genoeg is om een eigen plaat neer te zetten. Niet alles hoeft netjes te zijn. Laat de rauwe kantjes horen. Rauwe kantjes die in de live-optredens meer dan één keer naar voren komt.
Greenville
Een mid-tempo nummer die net zoals “Bellowing Chimes” een meeslepende melodie heeft. Het schetst een beeld van een dorp die je vaak vindt de Verenigde Staten. Maar ook een dorp waar meer gebeurt dan op het eerste gezicht zichtbaar is. (“All the kids they fuck around. When you’re out of town and talk only with the curtains drawn”.) De melodie (en teksten) zijn minder zwaar dan in de voorgaande nummers, waardoor het een mooie afwisseling is met de rest van de plaat en niet dezelfde melacholie met zich meedraagt. Knap gedaan in de 3.02 minuten dat het nummer telt.
River Man
De luchtigheid wordt voortgezet in dit nummer dat in de introductie een bijna funk-achtige sfeer uitdraagt. (Hoewel de melacholie hier en daar tussen de zonneschijn doorbreekt.) Toch kun je tegelijkertijd niet stoppen om met het ritme (en dan heb ik het niet eens over de piano) mee te dansen. Net zoals “Bellowing Chimes” is dit een nummer waar de band heerlijk op kan jammen en dit “live” ook heerlijk zal doen.
Mine Until the Sun Sets
Na twee vrolijke nummers is het weer tijd voor een ingetogen nummer, waar de samenzang op de voorgrond treed. De trombone aan het einde van het nummer maakt het nog ingetogener en melacholiers dan de piano en samenzang al doet. Het zou een geweldige afsluiter zijn. Maar Dandelion heeft nog één verassing in hun mouw. Net zoals “Fall and Cease” waar de opbouw vanaf spat en tevens tot één van mijn favoriete behoort.
Finnegans Wake
Een prachtig nummer dat deze plaat afmaakt. In de “liner notes” staat dat het nummer in Noorwegen is geschreven en voor één of andere reden voelt het ook zo aan. Het is alsof je de kou kan voelen. De openhaard hoort knisperen. En je kunt je bijna voorstellen hoe de band in een cirkel zit en hoe dit nummer uit een jam tot stand is gekomen. Het einde is geniaal. De woorden die a’capella worden gezongen zijn: “Silence. Only for a day. Isn’t it quiet? Isn’t it quiet?” Waarmee de album eindigt en je werkelijk in stilte wordt achtergelaten.
Everest is op alle fronten een sterke album, die misschien hier en daar teveel in de mid-tempo blijft hangen, maar tegelijkertijd genoeg afwisseling biedt om niet een monotonige album te worden. Dat is de kracht van Everest en misschien ook de valkuil. De bescheidenheid die de leden vertoond, is benoemenswaardig, ook in de epiloog die in het album is opgenomen. Maar ik zou bijna willen zeggen: gooi het open. Laat de gitaar nog meer scheuren. Stap soms van de mooie samenzang af. Toon de emoties die ik ook “live” heb gezien. En verontschuldig je niet voor een jongensdroom. Want dat is deze plaat niet. Het is een volwaardige plaat die deze waardering ook verdient.
En oh ja, mocht je de kans zien om ze "live" mee te maken. Zeer zeker doen.
Recensie: "The All Year Round"
Naar Nirwana en terug…
Terrence Lauerhohn weet in het boek Nirwana een wereld te schetsen die zowel bekend als onbekend voorkomt. Het zou makkelijk zijn om het boek als een typische futuristische dystopie te classificeren met alle conventies van wereldopbouw, intrinsieke logica etc. Wat het boek ook zonder meer is. Maar deze typering zou het boek tegelijkertijd tekort doen. Het boek heeft meer lagen en is meer dan dat. Het is niet zomaar een boek dat je tussen andere boeken doorleest of een futuristisch beeld geeft. Er schuilt een waarschuwing achter de woorden. Een sociaal kritische standpunt over het neoliberalisme dat de conventies van het dystopie overstijgt. Het zou zowel in het heden als toekomst kunnen plaats vinden. Ja, Terrence Lauerhohn doet aan wereldopbouw. En ja, deze wereld is sterker en steviger dan zijn boek “Negen cirkels”. Deze wereld is bijna tastbaar, voelbaar, vibrerend. Het is rauw realistisch. Zodanig realistisch dat het boek soms meer aan Trainspotting doet denken dan aan een sci fi verhaal. En dit is knap. Hierin toont Terrence Lauerhohn dat hij als schrijver is gegroeid en dat zijn palet aan mogelijkheden en landschappen die hij creëert breder en kleurrijker zijn dan in zijn voorgaande boeken. Nirwana vertoont niet de linkse of rechtse hoeken, of valkuilen, die “Negen cirkels”, zijn debuut, misschien nog wel vertoonde. Hier is een stem van een schrijver met een eigen wil, een persoonlijke visie, die een spanningsboog zodanig weet op te bouwen dat het boek moeilijk weg te leggen is en de lezer bijna wurgt en dwingt om stiekem een aantal pagina’s naar voren te bladeren.
Het verhaal draait om drie verschillende personages: Uwen, een drugsverslaafde, Dara waar Uwen in het Laatste Arrondissement mee samenwoont en de vader van Dara die heeft besloten om zijn dochter in het Laatste Arrondissement te zoeken en haar van haar verslaving te “redden”. Deze Arrondissement kan het beste omschreven worden als een soort ghetto van alle verstotenen en afgevallenen van de samenleving. Het heeft zijn eigen (onbesproken) regels waar anarchie en vooral terreur heerst. Terreur van de bende “Kortwiekers”, maar ook de politie (niet zonder symboliek hier “Stapo” genoemd), de burgers van de hogere Arrondissementen die naar het Laatste Arrondissement afreizen om hun perverse verlangens bot te vieren en een geheimzinnige personage met de naam “regisseur”. Ik zou teveel spoilers vrijgeven om alle verschrikkingen op te noemen. Hoewel je wel over een sterke maag dient te beschikken en sommige verschrikkingen voor lezers die meer van dit soort verhalen hebben gelezen, misschien niet zo verrassend waren als deze door de schrijver waren bedoeld. Toch raakt Terrence Lauerhohn een snaar. Hij toont onmiskenbaar aan dat het neoliberalisme en een totalitair regime makkelijk kunnen vereenzelvigen. (Een niet onbelangrijke boodschap vandaag de dag.) En dat machtsmisbruik van bovenaf zich via allerlei lagen doorsijpelt.
De kern is de drug Nirwana. Een nieuwe drug die uiterst verslavend is en mensen tot bijzondere grote hoogten kan brengen, waarin ze zichzelf geheel kwijtraken en corruptie in de hand werkt. Dit geeft het verhaal een zeer rauwe en claustrofobische kant dat ik zelden in sci fi boeken ben tegenkomen. Je kunt als lezer de corruptie en verloedering bijna voelen. Het plakt aan je huid. Waardoor de verschrikkingen die in het boek in een hoog tempo volgen het verhaal nog realistischer maken.
En hier schuilt ook de valkuil. Hoewel Dara en Uwen veruit de meest interessante personages zijn - niet in de laatste plaats omdat ze het Laatste Arrondissement kennen en vooral Uwen als personage sympathie weet op te wekken - richt Terrence zich voornamelijk op de vader van Dara. Zodanig dat Uwen in het midden van het boek even verdwijnt. Dit is jammer. Iets meer verdieping van de personages had het boek nog een extra duw kunnen geven om het verhaal nog krachtiger neer te zetten.
Maar dit is slechts een kanttekening. Want qua vaart en spanningsboog vermindert het boek niet, waardoor je als lezer op het puntje van je stoel blijft. Aan het einde zijn het de keuzes die de schrijver maakt: zoekt de schrijver verdieping en probeert een verhaal te schrijven dat kritisch is en de inhoud opzoekt of kiest de schrijver voor een page-turner. Dit is geen gemakkelijke keuze voor een schrijver. Beide benaderingen heeft voordelen als nadelen. In dit geval heeft Terrence een middenweg gekozen waar de nadruk toch bij het laatste ligt. Maar slechts gedeeltelijk. Want als je het boek goed leest en ontrafelt, toont het een wereld die niet zo ver verwijderd is van de onze.
En dat is knap. Dat is verdomde knap. En het einde is verstikkend.
Voor een link naar de website van de auteur, klik hier.
Anthonie Holslag