Navigatie

 

Analyse van het verhaal "De dode poëet"

 

 

Het is heel speciaal als een lezer, een boekenliefhebber, de tijd neemt om een verhaal te analyseren. Zelf doe ik het voor de website De nachtvlinders. (Zie hier mijn laatste analyse.) Waar een recensie met een analyse verschilt is dat een verhaal uitgekleed wordt en veelal de literaire waarde aantoont. Deze analyse is geschreven door Ferry Visser (zie bio beneden).

 

 

Analyse:

 

Schrijven is voor velen een hobby en het zal niemand verbazen dat een miljoen Nederlanders schrijver willen worden. Degenen die deze ambitie koesteren doen er goed aan eerst ‘De dode poëet ''van Anthonie Holslag, de Nederlandse Edgar Allan Poe, te lezen. Het is een meesterwerk over schrijven, verbeelding, schaduw, destructie en creativiteit.
 
 
Waarom noem ik Anthonie Holslag de Nederlandse Edgar Allan Poe? Poe en Holslag schrijven beiden op een verschillende, doch voortreffelijke wijze over angst. Poe schreef verhalen zoals ‘The fall of the house of Usher’ over emoties en effecten zonder een morele boodschap, om te laten zien dat de mens en natuur corrupt zijn, waardoor er niets te leren valt. Holslag daarentegen geeft zijn lezers wel stof mee om over na te denken door te laten zien dat wat zich in de schaduw bevindt daar met een reden is en dat het soms beter is dingen te laten wat ze zijn, in plaats van er meer over te willen weten. Door deze literaire laag verdient Anthonie Holslag het om tot de grote namen (King, Poe, Lovecraft) gerekend te worden.
 
 
Net als in ‘Dossier patiënt Z’ speelt in ‘De dode poëet’ onderzoek een belangrijke rol. In 'Dossier patiënt Z’ (in het boek "Een bloedovergoten dageraad" gaat een psychiater op onderzoek naar de achtergrond van zijn patiënt als deze aan hem doorverwezen wordt. In het tweede verhaal gaat universitair docent Frank Kramer op zoek naar de waarheid omtrent een dichter. Deze man verschijnt op beurzen en schrijft voor een klein bedrag een gedicht, dat een enorme impact heeft op degene voor wie het geschreven is.
 
 
De thematiek is voor mijn gevoel de kracht van het woord. Woorden zelf hebben weinig betekenis. Het gaat er om wat de lezer er mee doet en welke invloed hij deze laat hebben op zijn leven. Holslag laat de creatieve en destructieve kracht van taal aan bod komen. Dit combineert hij voortreffelijk met het spanningsveld tussen verbeelding en realiteit. En op het kruispunt waar dit alles samenkomt ontstaat het angstsymbool de dode poëet.
 
 
Er is een interessante verwijzing naar de Bijbel, namelijk het openingsvers van het Johannes evangelie. De verwijzing hiernaar is zowel voor het verhaal als voor de thematiek perfect. Aan het vers ‘In den beginne was het woord’ geeft Augustinus in zijn verhandelingen een uitgebreide uitleg en daarin staat het volgende: ‘Als u een woord in uw hart kunt hebben, is dit als een plan dat ontsproten is in uw geest. Uw geest denkt dan dus een plan uit en dat plan is binnen in u als een voortbrengsel van uw geest, als een kind van uw hart.’ (1) Dit illustreert niet alleen de kracht van het woord, maar laat ook zien hoe sterk de band is tussen de menselijke geest en woorden. Voor Frank Kramer benadrukt deze exegese de ironische betekenis van zijn vak: obscure schrijvers. Hij ontleent zijn baan aan de woorden van anderen.
 
 
Daarnaast is er een persiflage op een citaat uit ‘De storm’ van William Shakespeare: ‘… sterrenstof, dat is waaruit wij bestaan.’ (2) Het deed mij denken aan een monoloog van Prospero, waarin hij spreekt over illusie en werkelijkheid: ‘Uit louter dromenstof zijn wij gemaakt en wat ons is toegemeten ligt in een zee van slaap.’ Hoewel het geen directe verwijzing is refereert het toch naar de thematiek van het verhaal.
 
 
De dichter symboliseert voor mij dat wat met taal in staat is om iemand te binden of in zijn essentie te raken. Hij leeft in en is de schaduw van alle andere schrijvers. In tegenstelling tot de auteurs die vanuit creativiteit en verbeelding publiceren, schrijft hij vanuit duisternis en realiteit. De poëet belichaamt voor mij de essentie van de volgende woorden van Martin Heidegger: 'Niemand kan over zijn schaduw stappen.’
 
 
Dus voor iedereen met de ambitie om schrijver te worden is dit verhaal een aanrader en voor alle lezers van spannende verhalen een mustread. Holslag heeft met ‘de dode poëet ' een tijdloos verhaal geschreven, dat de status van klassieker verdient.
 
Ferry Visser
 
1 Augustinus, A. (2010). Geef mij te drinken. Budel: uitgeverij Damon p.58
2 Holslag, A. (2014). Zwarte muren. Maastricht: uitgeverij Zilverspoor p.286
 
 
Bio van Ferry Visser:
 
 
 
 
Ferry Visser (1976) is een gepassioneerde boekverkoper, die met een aanstekelijk enthousiasme graag vertelt over het werk van zijn favoriete auteurs. Niet alleen voor zijn werk, maar ook als lezer is hij steeds op zoek naar authentieke schrijvers, die hij vervolgens via zijn werk en social media graag onder de aandacht brengt. Zijn grootste passie is Nederlandse literatuur en sinds een paar jaar ook de Nederlandstalige fantasy, die ondanks dat beide genres veel talentvolle auteurs kennen, de meesten onopgemerkt blijven bij het grote lezerspubliek. 
 
 
Naast boeken is sporten belangrijk. Regelmatig is hij te vinden in sportschool, waar hij zijn tijd verdeelt tussen: cardio, krachttraining en bodypump. Deze sporter is steeds op zoek naar een uitdaging door bij de squats iets dieper te zakken, of een paar kilo extra op de stang te doen.
 
 
Verder geniet hij van lekker eten, kunst en klassieke muziek.
 
 
Het verhaal "De dode poëet" is te vinden in het boek Zwarte muren.

 

 

Recensie: Theater van het hart

 

 

 

 
 
Korte disclaimer
 
 
Ik ken Gerardo Insua Teijeiro, ook wel de dichter met-die-moeilijke-achternaam genoemd, persoonlijk. Hoewel “kennen” en “persoonlijk” betrekkelijke woorden zijn. Je ontmoet elkaar bij voordrachten en vraagt hoe het gaat, om uiteindelijk de verlossende woorden “het gaat goed” te horen. (Want laten we eerlijk zijn: niemand wacht op het antwoord “het gaat kloten op dit  moment”.) En hierbij houdt onze kennismaking ook op. We zijn nooit samen op vakantie geweest. Ik heb nooit een fles wijn met hem gedronken of samen met hem muziek beluisterd (waarbij ik wel het achterdochtige vermoeden koester, dat we beiden onszelf in Tool zouden kunnen verliezen) en ik weet niet of hij een vriendin heeft (of meerderen), een kind heeft (of meerderen), een huisdier heeft (een kat, hond, cavia) of dat hij een partner heeft. Het enige wat ik van Gerardo weet en ken, zijn de voordrachten die hij kris kras door het land geeft. Als je naar voordrachten gaat, is er een goede kans dat je hem hebt gehoord, zonder het te beseffen. Terwijl zijn voordrachten en de techniek die hij toepast, uiterst uniek is. (Maar daarover later meer.) Wat ik wel weet, of vermoed tenminste, is dat hij uiterst integer en recht door zee is en daardoor het ook niet erg vindt om kritisch bekeken te worden. Ik vind zijn voordrachten zo overweldigend , zo gepassioneerd, dat ik onder de indruk was en besloot zijn boek te recenseren, met dezelfde kritische bril waarmee ik andere auteurs recenseer. Met zijn tweede boek, "Foxtrot Met Rijstkorrels", die 15 december uitkomt en over zijn reis in Noord Korea gaat, hier een recensie van zijn debuut. Voor de mensen die niet verrast willen worden: deze recensie bevat spoilers.
 
 
Theater van het hart
 
 
“Hier is niets vrijwilligs aan
Wanneer woorden
zich door poriën
een weg naar buiten slaan.” 
 
Fragment uit het gedicht “De kamer”.
 
 
 
Het is op deze gespannen koord, waarop de bundel balanceert. De titel gedicht bestaat bijvoorbeeld uit drie delen, en het is tevens het gedicht waarmee Gerardo zijn bundel opent. Dit is uitermate goed gekozen en zet tevens de toon van de bundel neer. Dit is ook geen gedicht, maar meer een manifest, een afspraak die hij samen met de lezers maakt. Zoals de titel het al omschrijft, stelt Gerardo zichzelf en zijn hart geheel als een theater open, en toont hij een inkijkje in zijn emoties, gedachten, gevoelens en het leven zelf. Hij spaart daar niets bij; ook zichzelf niet. Of zoals hij in het gedicht eindigt: “Dus gun mij mijn eigen vergetelheid , en laat mij mijzelf zijn.
 
 
En zichzelf is hij. Hij toont, als je de gedichten bestudeert, een kwetsbaarheid die je zelden bij dichters tegenkomt. In het gedicht “Aanzoek” bijvoorbeeld, ontdek je al gauw dat het niet over een man of vrouw gaat. (Hoewel deze interpretatie nog steeds mogelijk is.) Het is de aanzoek van een dichter naar de dichtkunst, waarbij hij stelt: 
 
 
Vertel mij,
voor het slapen gaan,
waar
ik uw ring moet begraven,
en ik zal
het regelen –
als volleerd koorddanser
tussen de bodemschatten
en de versregels
 
 
Zoals ik eerder schreef, zijn de gedichten multi-interpretabel. Soms lijken ze over een verloren liefde te gaan (zoals het gedicht “Aan V.V.M."), soms over de liefde zelf (zoals het gedicht “Waterkant” of “De dag dat woorden te kort schoten” of “Dolfijn”) en soms over de liefde voor de dichtkunst (zoals “De kamer”, “Ik stop er mee” of “Toneel van het hart”.) Wat alle gedichten bij elkaar brengt is het hart als metafoor, dat zowel voor woorden pompt, maar ook voor bloed en liefde. In ieder gedicht is er dan ook een verwijzing naar het hart of een onderdeel van het hart.  (Waaronder het gedicht “Hartkamer”.) Alsof hij iedere keer weer, zijn borstkast openbreekt en zijn pompende hart toont en alles wat zich daarbinnen afspeelt. Een strijd. Een strijd om woorden. Een strijd om te dichten. Een strijd om de liefde en zo nu en dan een moment van berusting. De beeldspraak slaat zich om je hoofd en er zijn momenten in de bundel dat je bent waar Gerardo is en je kunt de omgeving waarin hij staat, bijna aanraken, ruiken en proeven. Neen de volgende strofe als voorbeeld:
 
 
Tussen de staalfabrieken
en andere zware industrieën
stond ik – tegen wil en dank
op een kruispunt van wegen
 
 
Zoals zijn gedichten als spijkers binnenkomen, zo draagt Gerardo zijn gedichten ook voor. Hij kent ze uit zijn hoofd. (Wat een enorme opgave is.) Vecht bijna met de microfoon in zijn handen en als luisteraar hoor je de stroming van woorden langskomen, die zo nu en dan boven een tak aan de rivier blijven hangen, om daarna naar de donkere dieptes te worden meegesleurd. Als hij voordraagt en als je de bundel voor de tweede of derde keer leest, ontdek je dat de klanken van de woorden, samengaan in een niet hoorbare ritme, die ergens (als een hartslag) aanwezig is. Bij Gerardo gaat het niet alleen om betekenis, het neerpennen van een gedachtekronkel of een gevoel, maar draait het tevens om de klanken van de woorden zelf, de woordspelingen, en hoe alle woorden bijelkaar een rivier vormen die je naar eindeloze zee sleuren. Ik vind het woord “dichter” bij Gerardo, eerlijk gezegd een verbastering van wat hij werkelijk is: een woordkunstenaar. Hij rijgt woorden, beelden en metaforen aan elkaar die tezamen een beeld vormen, maar ook afzonderlijk van een schoonheid betuigen. Iedere druppel bloed, iedere pomp, staat op zichzelf maar vormt achter elkaar een beeld van emoties, een tijdschets van waar Gerardo zich als dichter bevindt.
 
 
Maakt dit de meest toegankelijke bundel ooit? Nee. Soms moet je een gedicht drie keer door je mond laten rollen, voordat je alle smaken kan proeven: de smaak van metaal, spijkers, bloed, verdriet, onmacht, strijd en soms een moment van openbaring en berusting. Het besef dat niet alles een strijd hoeft te zijn. Zoals in zijn gedicht “Constellatie”:
 
 
Ik mis je deze ochtend
Elke ochtend
Maar dat is oké
 
 
 
Recensie geschreven door Anthonie Holslag
December 2019
 
 
Foto van Gerardo in actie:
 
 
 
 
Je kunt het boek hier bestellen.
 
Hier een voorbeeld van een gedicht. 

 

Een tipje van de sluier 1

 

Het is zover. Het eerste deel van het manuscript is klaar. Nu redigeren. Argumenteren. Nog meer redigeren. Een cover bedenken. Een marketingplan uistippelen die bij het boek past en dan uiteinelijk het aan de publiek tonen. We houden nog heel veel geheim. Ik kan alleen stellen, dat het een ander soort boek is dan Toevluchtsoord. (En het me ook veel langer heeft gekost.)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Toevluchtsoord - tweede editie

 

 

Met trots kan ik vermelden dat mijn boek Toevluchtsoord de tweede druk is ingegaan. Om het te vieren hebben we illustraties toegevoegd van Gidion van de Swaluw die het geheel nog enger en spannender maken. En misschien nog wel bevreemender. Je kunt het boek zowel via deze website bestellen voor een gesigneerd exemplaar als bij mijn uitgeverij Quasis

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Fanclub pagina

 

 

Het is natuurlijk een ontzettend grote eer als lezers van je boeken besluiten een fanbook pagina te maken op Facebook. Ik was zo ontroerd door het gebaar dat ik de pagina ook zal verwennen: met wedstrijden, greet and meet, lezingen, de laatste nieuws en ieder jaar een verhaal alleen voor de fans. Er zullen ongetwijfeld nog andere leuke dingen op verschijnen.

 

Je kunt hier lid worden. Je dient wel een FB account te hebben.

 

 

 

Blog

Contact